Klinische mastitis

Zoomfunctie

Moeite met het lezen van de tekst? Vrijwel alle populaire browsers geven u controle over hoe groot websites worden weergegeven.

  • Windows
    Mac OS
  • Zoom in
  • Zoom uit
  • Zoom 100%
  • Muiswiel op / neer

De motivatie om een klinische (zichtbare) mastitis te behandelen is het verlichten van pijn en het verbeteren van het welzijn. Daarnaast wil je dat de koe geen andere koeien besmet en dat ze weer zo snel mogelijk terugkeert op het oude productieniveau.

Een klinische mastitis is goed te herkennen aan afwijkingen van uier en/of melk. Vaak is het ontstoken kwartier rood,  pijnlijk en gezwollen. De melk kan bloederig, etterig of klonterig zijn. Soms heeft de melk ook een vreemde geur. Op basis van het aspect van de melk kun je nooit met zekerheid voorspellen om welke mastitisverwekker het gaat.

Bij milde gevallen zijn alleen in de eerste en laatste melkstralen vlokjes zichtbaar. Klinische mastitis kan acuut ontstaan of kan voortkomen uit een sluimerende (chronische) uierinfectie (subklinische mastitis).

De kans op genezing van een klinische mastitis is onder meer afhankelijk van de soort verwekker. Bij de behandeling is het van belang dat het ontstoken kwartier niet alleen zichtbaar, maar ook bacteriologisch geneest. Dit betekent dat de bacteriën na een behandeling volledig verdwenen moeten zijn. Als het kwartier niet bacteriologisch geneest, ontstaat een subklinische mastitis. Dit uit zich in een blijvend verhoogd koecelgetal en kan tot herhaalde klinische mastitisgevallen leiden.

Kwartieren met een klinische uierontsteking zijn over het algemeen goed te behandelen met antibiotica. De kans op genezing wordt sterk bevorderd als de behandeling snel na het ontstaan van de (klinische) ontsteking begint. Het is dus belangrijk nieuwe gevallen snel te ontdekken.

De behandeling van klinische mastitis bestaat meestal uit het toedienen van een mastitisinjector in het aangetaste kwartier, al of niet in combinatie met antibiotica of pijnstillers per injectie.
De meeste behandelingen met uierinjectoren duren minimaal drie dagen, waarbij herhaaldelijk een injector in het ontstoken kwartier wordt ingebracht. Het is belangrijk de kuur af te maken, ook als er al zichtbaar verbeteringen te zien zijn. Het kwartier heeft deze tijd nodig om volledig (bacteriologisch) te genezen. Bovendien neemt het risico op het ontstaan van resistente bacteriën tegen het gebruikte middel toe als de kuur niet wordt afgemaakt.

Oude browser

We zien dat u gebruik maakt van een verouderde browser. Niet alle onderdelen van de website zullen daardoor goed functioneren. Download nu de laatste versie van uw browser om veilig te kunnen surfen.

GD maakt gebruik van cookies om onze website te analyseren en de functionaliteit te verbeteren. Meer info vind je in ons cookiebeleid.