- Home
- Producten en diensten
- Producten
- Schaap Geit
- Mineralen
- Zware metalen mineralen lever-schapen
Zware metalen en mineralen meten in lever(biopt)
Pakket zware metalen en mineralen
De voorraad van een aantal mineralen en spoorelementen bevindt zich in de lever. De voorraden zijn een afspiegeling van de opname en benutting vanuit het rantsoen en het drinkwater enerzijds en het verbruik en/of verlies anderzijds.
Met het pakket zware metalen en mineralen vind onderzoek plaats op arseen (As), cadmium (Cd), chroom (Cr), kobalt (Co), ijzer (Fe), koper (Cu), mangaan (Mn), molybdeen (Mo), lood (Pb), nikkel (Ni), selenium (Se), vanadium (Va) en zink (Zn) in lever(biopt) materiaal. De uitkomst geeft een beeld van de voorraden van deze elementen in het schaap.
Zware metalen
Zware metalen zijn natuurlijke elementen die in de lucht, de grond, het water zitten en zo in het rantsoen terecht kunnen komen. Onder de zware metalen vallen onder andere cadmium, chroom, lood, nikkel, arseen (half metaal). Deels zijn ze al in lage concentraties schadelijk (b.v. lood) alhoewel van sommige lagere blootstelling (tijdelijk) getolereerd wordt (b.v. arseen). De toxiciteit van b.v. vanadium hangt af van de oxidatiegraad van het metaal.
Mineralen en sporenelementen
Koper, mangaan en zink, zijn voorbeelden van essentiële sporenelementen die in overdosering toxisch zijn. Een optimum geldt voor meer elementen zoals selenium, ijzer en kobalt. En voor sommige sporenelementen zoals molybdeen is dit nog onbekend voor kleine herkauwers.
Wat heb je nodig?
Producten en pakketten
Voor leveronderzoek bestaan twee opties.
- De betrouwbaarste optie is onderzoek van een stuk leverweefsel van een gestorven of geslacht dier. GD-pathologen kunnen zo’n stuk leverweefsel afnemen bij een ter sectie aangeboden dier. Vul hiervoor het inzendformulier sectie schaap/geit volledig in en vink op de achterzijde bij vervolgonderzoeken het pakket zware metalen en mineralen aan, artikelnummer 10536.
- De tweede optie is onderzoek van een leverbiopt; vanwege de kleine hoeveelheid weefsel van 150 tot 250 milligram is een drogestofbepaling en een bepaling in duplo bij schapen niet mogelijk.
Tarieven onderzoek
Bekijk hier de tarieven voor leveronderzoek, artikelnummer 10536
De uitslag
Zodra ons laboratorium een uitslag heeft afgerond, is deze direct online beschikbaar op VeeOnline. Bespreek de uitslag samen met jouw dierenarts.
Elk mineraal heeft een bepaalde werking en interacties in het lichaam. Lees meer over deze werking en de klachten bij een eventuele overmaat of tekort. En welke onderzoeken GD nog meer heeft om mineralen te bepalen.
Monitoren mineralen
Mineralen spelen in veel processen in het schaap een essentiële rol. Bij tekorten of een overmaat ontstaan in eerste instantie vaak vage klachten. Doordat de inbouw van mineralen in eiwitten en cellen weken kan duren leiden rantsoenaanpassingen vaak pas na enkele weken tot zichtbare veranderingen bij de dieren. Bloed- en melkonderzoek geven eerder een indruk van deze veranderingen.
Interpretatie uitslagen
Schapen (mg/kg ds) |
|
|||||||
Element |
Symbool |
Te Laag |
Laag |
Streefwaarden |
Hoog |
Te hoog |
Opmerking |
|
arseen |
As |
nvt |
nvt |
nvt |
nvt |
>8 |
Bij opname van relatief kleine hoeveelheden gedurende een lange periode kan de concentratie hoger zijn (tot 28) zonder klinische effecten |
|
cadmium |
Cd |
nvt |
nvt |
nvt |
nvt |
>200 |
MRL (Maximum Residue Limit) = 2 |
|
chroom |
Cr |
nvt |
nvt |
niet bekend |
nvt |
>120 |
|
|
koper |
Cu |
<25 |
25 -100 |
100 - 600 |
600 - 800 |
>800 |
Leverschade is mogelijk bij lagere concentraties (600-800) onder omstandigheden van stress |
|
kobalt |
Co |
<0,02 |
0,02 - 0,1 |
0,1 - 7 |
7 - 20 |
>20 |
|
|
ijzer |
Fe |
<100 |
100 - 150 |
150 -1500 |
1500 - 2000 |
>2000 |
|
|
lood |
Pb |
nvt |
nvt |
<0,6 |
0,6 - 10 |
>10 |
MRL (Maximum Residue Limit) = 2 |
|
mangaan |
Mn |
<3 |
nvt |
3 - 16 |
16 - 20 |
>20 |
|
|
molybdeen |
Mo |
nvt |
nvt |
niet bekend |
nvt |
niet bekend |
|
|
nikkel |
Ni |
nvt |
nvt |
nvt |
nvt |
niet bekend |
>1 = Indicator van industriële vervuiling |
|
selenium |
Se |
<0,5 |
0,5 - 1 |
1 - 3 |
3 - 5 |
>5 |
|
|
vanadium |
V |
nvt |
nvt |
nvt |
nvt |
niet bekend |
>1 = Indicator van industriële vervuiling |
|
zink |
Zn |
<80 |
80 - 100 |
100 - 400 |
400 - 1500 |
>1500 |
|
De gehanteerde normen voor spoorelementen in lever(biopten) in bovenstaande tabel zijn tot stand gekomen door metingen bij GD gecombineerd met recente literatuur.
De categorieën voor de spoorelementen (koper, zink, selenium, ijzer, molybdeen, mangaan) kunnen als volgt worden geïnterpreteerd:
- Te laag: De concentratie is onder de drempelwaarde. Als gevolg daarvan kunnen ziekteverschijnselen door tekorten optreden.
- Laag: De concentratie is lager dan de optimale hoeveelheid die nodig is voor gezondheid en productie. Het is mogelijk dat de geiten minder binnen krijgen dan ze nodig hebben. Overleg met de voeradviseur en/of dierenarts en controleer de voorziening vanuit het rantsoen.
- Streefwaarden: De concentratie valt binnen het bereik dat optimaal is voor gezondheid en productie.
- Hoog: De concentratie is hoger dan het bereik dat optimaal is voor gezondheid en productie. Het is mogelijk dat de geiten meer binnen krijgen dan ze nodig hebben. Overleg met de voeradviseur en/of dierenarts en controleer de voorziening vanuit het rantsoen.
- Te hoog: De concentratie is boven de drempelwaarde. Als gevolg daarvan kunnen ziekteverschijnselen door vergiftiging optreden.
Wanneer we het resultaat van een spoorelement classificeren als ‘voldoende’, hoeft u een periode van 3 tot 6 maanden geen problemen te verwachten bij een ongewijzigde bedrijfsvoering (geen plotselinge veranderingen van voer, water, huisvesting). Klinische klachten worden gewoonlijk pas gezien bij de classificatie ‘te laag’ of ‘te hoog’. De classificatie ‘verlaagd’ of ‘verhoogd’ geeft aan dat de status van het betreffende element niet correct is en dat klinische verschijnselen niet direct, maar wel op termijn (3 tot 6 maanden) zijn te verwachten. Er wordt op dit moment geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende diergroepen (lammeren, volwassen (melk-)schapen of rassen) aangezien hierover nog onvoldoende bekend is.
Er wordt op dit moment geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende diergroepen (lammeren, volwassen (melk-)schapen of rassen) aangezien hierover nog onvoldoende bekend is.