Evaluatie ‘Afwegingskader voor behandelingsperspectief van schapen met BTV-3’

Zoomfunctie

Moeite met het lezen van de tekst? Vrijwel alle populaire browsers geven u controle over hoe groot websites worden weergegeven.

  • Windows
    Mac OS
  • Zoom in
  • Zoom uit
  • Zoom 100%
  • Muiswiel op / neer

Diersoorten

Evaluatie ‘Afwegingskader voor behandelingsperspectief van schapen met BTV-3’

16-9-2024: 

Het 'Afwegingskader voor behandelingsperspectief van schapen met BTV-3' is in 2023, op basis van klinische, pathologische bevindingen en pathofysiologische achtergrond van blauwtong, samen met de faculteit Diergeneeskunde en de Universitaire Landbouwhuisdierenpraktijk opgesteld. Aanvullend hierop heeft de apotheek van de faculteit Diergeneeskunde een toelichting gegeven op alternatieve pijnstilling bij schapen met blauwtong. De uitbraak van BTV-3 in 2024 laat meer variatie in het klinisch beeld zien ten opzichte van 2023. Dit was aanleiding om het afwegingskader te evalueren. De conclusie is dat de in het afwegingskader beschreven afwegingen voor de vermelde, veelal ondersteunende, werkzame stoffen geen wijzigingen behoeft op dit moment. Het doel van het afwegingskader en de hieronder aanvullend beschreven klinische en pathologische bevindingen is om dierenartsen te ondersteunen bij de keuze welke therapie zij kunnen instellen bij schapen met blauwtong.

Klinische presentatie in 2024

Tijdens de BTV-3-uitbraak in het najaar van 2023 vertoonden schapen met blauwtong veelal een ernstig klinisch ziektebeeld waarbij verdikte koppen, neusuitvloeiing, speekselen, koorts, anorexie, laesies in de mond, kreupelheid en sterfte voorop stonden. Het aantal dieren dat ziek werd en vervolgens stierf was heel hoog (zogenoemde ‘case fatality’). Het klinische beeld van blauwtong in 2024 vertoont meer variatie in de ernst van het ziektebeeld. Naast het ernstige ziektebeeld dat nog steeds voorkomt, lijken er nu ook meer schapen te blijven eten en drinken, worden minder laesies in de mond waargenomen en wordt vaker herstel van dieren genoemd in vergelijking met vorig jaar. Opvallend is dat dieren willen blijven eten maar desondanks moeite hebben met voedselopname en slikken waardoor ze niet goed in hun onderhoudsbehoefte kunnen voorzien en vermageren. Ook wordt gemeld dat schapen zich verslikken en daardoor stikken. De ‘case fatality’ lijkt lager te liggen dan in 2023. Daarnaast wordt (langdurige) kreupelheid meer gezien dan in 2023. Vooralsnog zonder ontschoening en (nog) beperkt aantal gevallen van gewrichtsontstekingen.

Pathologische bevindingen in 2024

Bij pathologisch onderzoek zijn macroscopisch minder laesies in de mond en pens waargenomen ten opzichte van de in 2023. Bij microscopisch onderzoek van de tong en mondslijmvliezen kan, ook bij dieren zonder zichtbare laesies in de mond, nog steeds duidelijke vaatschade en spierdegeneratie aanwezig zijn. Ook spierdegeneratie in de slokdarm en penspijlers is histologisch waargenomen. Deze afwijkingen in de tong en slokdarm verklaren waarschijnlijk de klinisch waargenomen slikproblemen. Longoedeem, dat vorig jaar ook werd gezien, wordt nu meer variatie in ernst bij de gestorven dieren gezien. Secundaire bacteriële infecties in diepere luchtwegen zijn bij meerdere dieren met longoedeem aangetoond. Ook sepsis is aangetoond bij dieren die een langdurig ziekteverloop hebben doorstaan, hierbij zijn diverse opportunistische bacteriën aangetoond. In de klauwen zijn er verschijnselen van laminitis waargenomen, wat de klinisch waargenomen langdurige kreupelheid verklaart.

Bijkomende aandoeningen

Sinds begin juni was het aantal pathologieinzendingen van schapen en lammeren met rode lebmaagwormziekte (haemonchose) hoog. Het is van belang om alert te zijn op haemonchose en ander onderliggend lijden. Daarnaast is het van belang om mogelijk optredende secundaire infecties adequaat te behandelen.

Onaanvaardbaar lijden

Het is van belang om onaanvaardbaar lijden te voorkomen. Voor sommige dieren lijkt euthanasie de betere keuze wanneer verschijnselen worden waargenomen die duiden op uitzichtloos lijden.

Conclusie

De BTV-3-uitbraak in 2024 laat meer variatie in het klinische ziektebeeld zien ten opzichte van 2023. Bij pathologisch onderzoek worden vergelijkbare weefselafwijkingen aangetoond als in 2023, echter de mate van aantasting varieert sterk. Het in 2023 opgestelde ‘Afwegingskader voor behandelingsperspectief van schapen met BTV-3’ is nog steeds toepasbaar. GD adviseert om alert te zijn op co-infecties met andere kiemen en deze adequaat te behandelen. Houdt met de behandelkeuze rekening met bijwerkingen van geneesmiddelen waaronder immuunsuppressieve werking van glucocorticoïden en nefrotoxiciteit van NSAID's en bepaalde antibiotica. De waargenomen grotere variatie vraagt om meer maatwerk van de dierenarts in het kader van de in te stellen behandeling van schapen met blauwtong.

Deze aanvullende afwegingen op het afwegingskader van 2023 zijn opgesteld op basis van de klinische en pathologische bevindingen in het begin van de blauwtonguitbraak 2024. Het is van belang om alert te blijven op het ziekteverloop en maatwerk toe te passen in de behandeling.

Dossierpagina blauwtong

Auteurs: Liesbeth Harkema (GD), Nienke Snijders- van de Burgwal (GD), Ronette Gehring (fD), Dax Vendrig (fD), Inge van Geijlswijk (fD) en René van den Brom (GD)

Meer informatie

Oude browser

We zien dat u gebruik maakt van een verouderde browser. Niet alle onderdelen van de website zullen daardoor goed functioneren. Download nu de laatste versie van uw browser om veilig te kunnen surfen.

GD maakt gebruik van cookies om onze website te analyseren en de functionaliteit te verbeteren. Meer info vind je in ons cookiebeleid.