Een 2 maanden oude Labradoodlepup werd bij GD aangeboden voor postmortaal onderzoek. De anamnese luidde kort maar krachtig: plotseling ziek en doodgegaan.
Bij sectie was de voedingstoestand normaal; er waren geen afwijkingen in de mondholte, noch aan hart en longen te zien. De maag was grotendeels leeg, op wat waterige inhoud na. De milt was gering gezwollen, de dunne darmen waren verwijd en eveneens gevuld met waterige inhoud. Een opvallende bevinding was de inschuiving van het laatste deel van de dunne darm in de dikke darm, waarbij het ingeschoven darmdeel necrotisch was veranderd. Andere organen waren macroscopisch niet afwijkend.
Bij bacteriologisch onderzoek (b.o.) van milt en nier werd een mengflora gevonden, het b.o. van de lever verliep negatief, en uit de dunne darm werd veel Yersinia pseudotuberculosis, en een mengflora, gekweekt. Bij histologisch onderzoek van de dunne darm bleken verscheidene ontwikkelingsstadia van Cystoisospora coccidiën in het epitheel van de darm aanwezig te zijn, zie foto. In lever en nieren werd geen histologische afwijking gezien. Bij de hond zijn vier Cystoisospora soorten van belang. Cystoisospora (C.) canis ontwikkelt zich bij voorkeur in het laatste deel van de dunne darm. Daarnaast zijn drie soorten van het ‘C. ohioensis-complex’ bekend. C. ohioensis is exclusief in het laatste deel van de dunne darm aanwezig en wordt als meest ziekteverwekkend voor de hond beschouwd.
Yersinia pseudotuberculosis is een Gram-negatieve bacterie die darmontsteking, ontsteking van de lymfeknopen en een bloedvergiftiging kan veroorzaken. Histologisch zijn vaak microabcesjes of granulomateuze ontstekingshaardjes in de darm en lymfeknopen aanwezig. Omdat deze bacterie door knaagdieren wordt verspreid, is de aandoening ook wel bekend onder de naam ‘rodentiose’. Overigens is rodentiose een zoönose.
In het geval van de onderzochte Labradoodlepup is de darminschuiving van de dunne in de dikke darm het dier fataal geworden. De prominente aanwezigheid van Cystoisospora coccidiën heeft vermoedelijk bijgedragen aan een verhoogde motiliteit van de darmen als gevolg waarvan de darminvaginatie is ontstaan. Deze Cystoisospora coccidiën zijn niet verder gedetermineerd. Yersinia pseudotuberculosis was aanwezig in een mengflora in de darm. Echter, in lever en darm werden geen laesies aangetroffen, die suggestief zijn voor yersiniose.

Foto, microscopie, HE-kleuring van dunne darm: aansnijdingen van ontwikkelingsstadia van Cystoisospora coccidiën in het epitheel van de dunne darm.