- Home
- Producten en diensten
- ophaaldienst-monstermateriaal
- Verpakkingsinstructie biologische stoffen
Verpakkingsinstructie biologische stoffen categorie A (P620)
Voor het betrouwbaar en veilig kunnen vervoeren van monstermateriaal moet de verpakking voldoen aan bepaalde eisen. Dit is ook wettelijk vastgelegd in het ADR, een Europese wet die het veilig vervoeren van gevaarlijke stoffen beschrijft. Het Nederlandse toezicht hierop wordt geregeld door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). De inzender is verantwoordelijk voor het juist verpakken van het te verzenden materiaal. GD kan ondersteunen bij het verstrekken van goedgekeurd verpakkingsmateriaal.
Indeling biologisch monstermateriaal
Biologisch monstermateriaal wordt ingedeeld in twee categorieën:
Categorie A
UN-nummers UN2814 ‘Infectieuze stoffen, gevaarlijk voor mensen’ en UN2900
‘Infectieuze stoffen, alleen gevaarlijk voor dieren’.
Het gaat hierbij voornamelijk om culturen van ziekteverwekkers.
Categorie B
Al het diagnostisch materiaal dat niet in categorie A valt moet worden ingedeeld in UN3373 ‘biologische stof, categorie B’.
Het meeste materiaal is categorie B materiaal. Als dit wordt vervoerd aan de hand van de verpakkingsinstructie P650, hoeft niet aan andere eisen van het ADR voldaan te worden. Verpakkingsinstructies materiaal categorie B
Aandachtspunten insturen monstermateriaal categorie A
Bij het insturen van monstermateriaal categorie A zijn onderstaande richtlijnen van belang:
- De gebruikte verpakkingen moeten UN-gekeurd zijn.
- De primaire of secundaire verpakking moet vloeistofdicht zijn, de buitenverpakking moet stijf zijn.
- De primaire verpakking moet van glas, kunststof of metaal zijn. De vloeistofdichte verzegeling moet worden gegarandeerd.
- De primaire of secundaire verpakking moet weerstand bieden aan drukverschillen tot 0,95 bar (95kPa) en temperaturen -40 ºC tot +55 ºC .
- Tussen de secundaire verpakking en de buitenverpakking moet een gespecificeerde inhoudsopgave aanwezig zijn.
- Op de buitenverpakking moet na het UN-nummer de juiste naam ‘vermoedelijk infectieuze stof van categorie A’ staan, verder moet erop zijn aangegeven:
- etiketnummer 6.2.(ruit met biohazard-teken);
- tunnelcode E;
- naam van afzender en geadresseerde (met naam en telefoonnummer van de verantwoordelijke persoon).
- Verpakkingen P620 mogen alleen door een ADR-gecertificeerde chauffeur vervoerd worden, dus niet per (pakket)post. GD heeft ADR-opgeleide chauffeurs voor de ophaaldienst. Zij kunnen na overleg ook ingezet worden op andere wagens voor dit vervoer.