De afgelopen jaren heeft de fosfaatregelgeving een grote impact op de Nederlandse melkveehouderij gehad. Door de strengere bemestingsnormen nemen de fosfaatgehaltes in de mest af, wat ook effect kan hebben op het fosforgehalte in het ruwvoer. De uitdaging is koeien hierbij gezond én productief te houden. Fosfor dat via het rantsoen is opgenomen, verlaat het lichaam voornamelijk via de melk en de mest. Fosfor wordt gebonden aan eiwit, waardoor koeien met een hoog melkeiwitgehalte meer fosfor via de melk uitscheiden. Fosfor is nodig voor de energiehuishouding, een goede werking van de spieren en de aanmaak van botweefsel. Koeien slaan fosfor op in de botten en in de tanden. De opslag in het botweefsel dient ook als reservoir en koeien kunnen fosfor uit hun botten mobiliseren bij een fosfortekort. Dit is wel beperkt en de mogelijkheid om botweefsel te mobiliseren neemt af naarmate de koeien ouder worden.
Het fosforgehalte in de tankmelk is een waarde die gemeten kan worden om te berekenen hoeveel fosfor het lichaam verlaat via de melk. Hiermee kan de behoefte aan fosfor van de koeien beter ingeschat worden en kan het rantsoen van de koe beter geoptimaliseerd worden voor wat betreft dit mineraal. Er wordt vaak gerekend met een gemiddelde uitscheiding van 1 gram per liter melk, maar in werkelijkheid is het fosforgehalte van de melk variabel. Is de uitscheiding van fosfor met de melk hoog, dan verliest een koe meer fosfor via de melk. Een goede rantsoenberekening waarbij gebruik wordt gemaakt van de fosforwaarde in de melk kan inzicht geven in of er meer fosfor nodig is om de koeien gezond te houden of dat een verlaging van het fosforgehalte in het rantsoen mogelijk is.
Wat zien we bij een tekort?
Een (langdurig) laag fosforgehalte in het rantsoen kan zorgen voor een verminderde voeropname, afname van het lichaamsgewicht en een lagere melkproductie. Bij heel ernstige en langdurige tekorten kunnen de koeien stoppen met vreten, vreemde dingen eten, bloedwateren (roodbruine urine door hemolyse) of verzwakte spieren en een verstoorde leverfunctie krijgen. Vaak gaat het bij deze koeien dan om een combinatie van een hoge melkproductie en een lage voorziening met fosfor. Om fosforgebrek te voorkomen, is het van belang om de opname en uitscheiding van fosfor zo goed mogelijk in beeld te hebben.
Wat zien we bij een overmaat?
Een overmaat aan fosfor heeft niet snel nadelige gevolgen voor lacterende koeien. Bij droge koeien kan een overmaat aan fosfor in het rantsoen aanleiding geven tot meer melkziekteproblemen.
Welke interacties met fosfor zijn er?
Fosfor heeft een belangrijke interactie met calcium. Bij jonge dieren worden fosfor en calcium grotendeels samen opgeslagen in de botten. Bij een tekort aan fosfor zal er minder of geen calcium in het bot worden vastgelegd en andersom.
Welke onderzoeken bieden wij aan op het gebied van Fosfor?
Wij hebben meerdere producten waarbij fosfor wordt bepaald. Onderstaand wordt een overzicht gegeven van deze producten en de andere bepalingen die daarbij tegelijk met de bepaling van fosfor onderzocht worden. In serum wordt fosfor bepaald als (anorganisch) fosfaat.
Materiaal |
Product |
Bepalingen |
Tankmelk |
Mineralencheck |
Koper, selenium, zink, jodium, molybdeen en fosfor |
Bloed |
Pakket algemene screening |
Albumine, ALP, AST, BHBZ, totaal bilirubine, calcium, CPK, kreatinine, fosfaat, gGT, GLDH, haptoglobine, magnesium, NEFA, totaal eiwit en ureum |
Bloed |
Pakket Verse Koeiencheck |
NEFA, BHBZ, ureum, calcium, magnesium, fosfaat en CPK |