Veelgestelde vragen Nationaal PRRS-plan
Hieronder vind je veelgestelde vragen over de varkensziekte PRRS en het Nationaal PRRS-plan.
Varkensziekte PRRS
PRRS is de ziekte die veroorzaakt wordt door het PRRS virus. PRRS is een afkorting van Porcine Respiratory en Reproductive Syndroom. Het PRRS virus is een virus dat erg besmettelijk is. Het virus kan in kleine hoeveelheden al tot een infectie leiden, bijvoorbeeld door huidbeschadigingen, maar de meest gebruikelijke route voor het virus om het lichaam binnen te komen is via de luchtwegen. Het virus kan zeker op grotere bedrijven gedurende meerdere jaren blijven circuleren, door de kenmerken van het virus. Zeugen, vleesvarkens maar vooral biggen kunnen het virus lang bij zich dragen en uitscheiden. Hierdoor kan de viruscirculatie onder gespeende biggen meerdere weken aanhouden. De zeugenstapel kan dus ook vanuit viruscirculatie onder de gespeende biggen opnieuw besmet worden.
Het PRRS-virus is een belangrijke ziekteverwekker in de Nederlandse varkenshouderij en leidt, door de immuniteit van een besmet varken te verminderen, vaak tot secundaire infecties. Door het terugdringen van PRRS kunnen we er samen voor zorgen dat ook andere infecties bij varkens minder vaak of met minder ziekteverschijnselen voorkomen.
PRRS is een lastig virus, maar niet onmogelijk om te bestrijden. Met maatwerk is het virus goed aan te pakken, bijvoorbeeld door maatregelen op het gebied van externe en/of interne biosecurity.
Het PRRS-virus is één van de mogelijke verwekkers van het Porcine Respiratory Disease Complex (PRDComplex). Deze ‘paraplu-term’ wordt gebruikt om o.a. respiratoire symptomen en slechte groei bij varkens, en dus een daling in productie, te omschrijven. De primaire ziekteverwekkers zorgen voor beschadiging van de long waardoor secundaire ziekteverwekkers gemakkelijker kunnen aanslaan.
De belangrijkste maatregel om luchtwegproblemen te voorkomen of te beperken is uiteraard door te zorgen voor een goed stalklimaat (temperatuur, tocht, stof, ammoniak). Om het infectierisico te verminderen is een goede biosecurity noodzakelijk (hygiëne, hokbezetting, contactstructuur, looplijnen, geen stress) en om de algemene afweer tegen infecties te verbeteren, zijn goed voer en drinkwater cruciaal (vitaminen, mineralen).
Nationaal PRRS-plan
Met het Programma Vitale Varkenshouderij zet de Coalitie een concrete aanpak per ambitie voor een vitale en gezonde toekomst voor de varkenshouderij neer, met duidelijke doelstellingen en termijnen. De PRRS-aanpak past binnen deze ambities. Alfred van Lenthe vertelt hierover: “PRRS veroorzaakt secundaire infecties, waar vaak weer antibiotica tegen moeten worden ingezet. Dat zorgt voor economische schade, ook op het gebied van export. Het aanpakken van PRRS heeft ook effect op andere ziektekiemen. Zo verhogen we de diergezondheidsstatus en voorkomen we ziektes bij dieren.”
Het Programma Vitale Varkenshouderij telt vijf heldere ambities. De Coalitie kiest voor een gerichte aanpak van saneren en innoveren. Een gebalanceerde aanpak die leidt tot een kleinere en tegelijkertijd vitalere, innovatieve varkenshouderij. Een nog duurzamere keten die vanuit een sterke marktpositie hoogwaardig voedsel produceert en een cruciale schakel is in de circulaire economie. Voor meer informatie over CoViVa, kijk je op: vitalevarkenshouderij.nl
We werken naar PRRS-vrij in 2050. We zijn van heel veel factoren afhankelijk, waaronder de aanpak van landen om ons heen. Op weg naar 2050 hebben we natuurlijk tussendoelen, van waaruit we bijsturen. Het klinkt ver weg, maar voor het vrij worden van een virus is het een korte tijd. In 2025 willen we dat de helft van de biggen die van bedrijven vertrekken richting bijvoorbeeld vleesvarkenshouders, PRRS virus-negatief zijn. De komende jaren werken we aan het opdoen van kennis en bekijken we hoe we dit ambitieuze plan verder uitrollen.
GD is door CoViVa benoemd tot uitvoerder van het Nationaal PRRS-plan. Zo is GD verantwoordelijk voor het ontwikkelen van een monitoringssystematiek voor PRRS op bedrijfsniveau. Met behulp van deze monitoring kan op ieder Nederlands varkensbedrijf de PRRS-status in beeld worden gebracht en kan een verbetering van deze status meetbaar worden gemaakt. Als startpunt voor de PRRS-situatie in Nederland is een landelijke nulmeting uitgevoerd, om vervolgens niet alleen de verbeteringen op het individuele varkensbedrijf, maar die in heel Nederland door de tijd op te kunnen volgen.
Om deze ambitie in 2050 te realiseren voor de gehele sector, is een aanpak per bedrijf nodig. GD ontwikkelde voor CoViVa een meetmethode, waarmee we op een consequente manier de PRRS-status van varkensbedrijven meten en blijven monitoren. Deze meetmethode wordt getest op de voorloperbedrijven van het Nationaal PRRS-plan. Door monitoring op alle varkensbedrijven uniform uit te voeren kunnen we de voortgang per bedrijf, maar ook op nationaal niveau meetbaar maken.
Volgens het plan wordt eerst gestart met voorlopergroepen, die intensief opgevolgd worden. Zo wordt de aanpak en de kennis in kleinere groepen meteen in de praktijk ontwikkeld en getoetst. Natuurlijk kan iedereen nu ook al op zijn of haar eigen bedrijf starten met de aanpak van PRRS. Bent u niet aangesloten bij één van de voorlopergroepen, maar wilt u wel met PRRS aan de slag op uw bedrijf. Bespreek dit dan met uw dierenarts (en andere adviseurs), om samen een plan te maken om stappen te zetten op uw bedrijf.
Het echte werk vindt plaats op de bedrijven. Het project is gestart met 7 voorlopergroepen, die elk onder leiding van dierenartsenpraktijken de aanpak van PRRS opzetten. De voorlopergroepen zullen van start gaan met, of voortborduren op een bestaande aanpak van PRRS.
Verschillende interventies en aanpakken worden geëvalueerd en die kennis zal worden gebruikt om praktische tools te leveren voor de verdere uitrol van de PRRS-aanpak in Nederland. Deze aanpak moet aansluiten bij de variatie aan bedrijfsomstandigheden zoals die er in de praktijk is. De te ontwikkelen tools zullen hierbij ondersteunend zijn. Dat kan bijvoorbeeld betekenen het meetbaar maken van bepaalde risicofactoren, zoals bioveiligheid, om hier vervolgens ook handelingsperspectief (mogelijke interventies) aan te koppelen. Zo kan iedere varkenshouder zijn eigen weg volgen op weg naar een PRRS-vrij Nederland in 2050.
Op dit moment zijn we de meetmethode aan het uittesten op de voorloperbedrijven, waarmee de PRRS status bepaald kan worden. Deze status bepaling heeft als doel inzichtelijk te maken of PRRS wel of niet aanwezig is op je bedrijf of bij een diercategorie, bijvoorbeeld bij de biggen. Deze status zal opgebouwd worden uit meerdere meetmomenten op het bedrijf. Ieder meetmoment geeft informatie over de PRRS-situatie op dat moment op het bedrijf, een momentopname. Meerdere meetmomenten door de tijd geven meer informatie over de bedrijfssituatie ten opzichte van PRRS.
PRRS en mijn bedrijf
PRRS kenmerkt zich door vruchtbaarheidsstoornissen bij zeugen zoals verwerpen in het laatste derde deel van de dracht, de geboorte van zwakke en doodgeboren biggen of mummies. Vooral vroeggeboortes (voor 110 dagen dracht) vallen dan op. Daarnaast zijn luchtwegaandoeningen, met mogelijke secundaire infecties en groeivertraging als gevolg, bij gespeende biggen en vleesvarkens een belangrijk gevolg van een PRRS-virus infectie.
Het PRRS-virus wordt in hoofdzaak verspreid via direct contact met besmette varkens, via de mens (handen, kleding), besmette veewagens, bedrijfsmaterialen, injectienaalden, de lucht, sperma, of stekende insecten.
De aanpak van PRRS vraagt maatwerk per bedrijf, ieder varkensbedrijf en iedere varkenshouder is anders en de aanpak van PRRS moet hierop worden afgestemd. Het begint met weten wat het startpunt is van de aanpak, namelijk: ‘wat is de huidige PRRS-situatie op uw bedrijf’? Voor het Nationaal PRRS-plan ontwikkelden we een meetmethode voor PRRS in Nederland. Zo kan elke varkenshouder in Nederland zijn PRRS-status in beeld kan brengen. Dit is belangrijk, want je zo kun je meten of je inspanningen ook tot resultaat leiden. Deze meetmethode wordt op dit moment uitgetest op de voorloperbedrijven.
Op dit moment zijn we de meetmethode aan het uittesten op de voorloperbedrijven. Een meetmoment is een momentopname op het bedrijf, op basis van één monstername. Het geeft informatie over de PRRS-situatie op dat moment in de onderzochte groep dieren. Dus de biggen of vleesvarkens. Door meerdere metingen in de tijd te herhalen generen we meer informatie over de PRRS-situatie op het bedrijf en werken we uiteindelijk naar een status toe.
De PRRS-schade is tientallen miljoenen euro’s per jaar in de Nederlandse varkenshouderij. Het virus komt op vrijwel alle bedrijven voor, muteert en recombineert makkelijk, ook met vaccinstammen. Als er geen PRRS stam die ziekte veroorzaakt meer op het bedrijf circuleert zijn de varkens gezonder en het bedrijfsresultaat beter. Dit is ook beter voor het werkplezier.
Overleg met je dierenarts (en andere adviseurs) waar je nu staat en wat jij nodig hebt om de PRRS-status op jouw bedrijf te verbeteren. De aanpak van PRRS vraagt maatwerk per bedrijf; het maken van een plan van aanpak, ermee aan de slag gaan en de voortgang meten. Zo gaan we samen op weg naar een PRRS-vrij Nederland.
Laboratoriumonderzoek
GD heeft de beschikking over twee typen testen om een PRRS-infectie aan te tonen, namelijk een PCR-test en een ELISA-test. De PCR-test toont het PRRS-virus aan en de ELISA test toont afweerstoffen aan die zijn gevormd tegen het PRRS-virus. Wanneer de ELISA-test afweerstoffen aantoont, betekent dat dat de dieren in contact zijn geweest met het PRRS-virus. Het is mogelijk om bij een besmetting onderscheid te maken tussen een besmetting met een Europese of een Amerikaanse type virus. Via sequencing kan het gevonden virus nog verder getypeerd worden.
Het is ook mogelijk om het PRRS-virus of afweerstoffen aan te tonen in speeksel met Happy Bite. De PCR-test kan daarnaast ook worden uitgevoerd op organen en sperma. In het PCR-onderzoek van bloed kunnen vijf monsters gepoold worden onderzocht in één test.
Er bestaan twee typen, het Europese (EU) en het Amerikaanse virustype (US). Binnen deze typen bestaan diverse subtypen. Een kenmerk van RNA-virussen (zoals het PRRS-virus) is dat er constante en geleidelijke verandering optreedt in de opbouw van het genetische materiaal (het RNA) van het virus. Vanwege die constante genetische veranderingen is het belangrijk dat laboratoriumtesten regelmatig gecontroleerd worden op het nog voldoende aantonen van PRRS-virussen. GD organiseert daarvoor rondzendoefeningen, waar laboratoria aan kunnen deelnemen. Verder kunnen PRRS-virusstammen door die genetische veranderingen verschillende eigenschappen krijgen, en daardoor meer of minder virulent (ziekteverwekkend) worden. Het is daarom belangrijk om te weten of er nieuwe varianten van het PRRS-virus in Nederland circuleren.